Op de midden-paleolithische vindplaats Sint-Geertruid-De Kaap (Limburg) is (geo)archeologisch en dateringsonderzoek uitgevoerd.
De context waarin archeologische vondsten worden aangetroffen, is minstens zo belangrijk als de vondsten zelf. Stratigrafisch onderzoek wordt ingezet om de ouderdom van bodemlagen en artefacten te bepalen. Doel van dit onderzoek was om de aard, ouderdom en formatieprocessen van de lösslagen op het plateau van Sint-Geertruid-De Kaap te achterhalen. Deze vindplaats grenst aan de neolithische vuursteenmijnen van Rijckholt. Tijdens het veldwerk zijn enkele werktuigen gevonden; het lijkt erop dat Neanderthalers op dit plateau allerlei activiteiten hebben uitgevoerd. De artefacten zijn echter niet in hun primaire context aangetroffen. Daarbij is slechts een klein oppervlakte onderzocht. Daarom is het nog niet mogelijk om theorieën te formuleren over het gebruik van deze locatie in het verleden.
Toch zijn de aangetroffen vondsten erg waardevol: het aantal midden-paleolithische vindplaatsen in Nederland waar artefacten in een stratigrafische context worden aangetroffen, is namelijk beperkt. Deze studie laat dan ook het belang zien van stratigrafisch onderzoek naar de midden-paleolithische oppervlaktevondsten in de Zuid-Limburgse lössregio. Hierdoor kan ook een verband worden gelegd tussen stratigrafische sequenties uit de lössregio’s in Nederland, België, Duitsland en Noord-Frankrijk.